Boodschappen doen met je tweeling: niet aankomen aub!
Saskia woont op Curaçao. Ze deelt haar ervaringen als tweelingmoeder op het eiland voor TwinZine. Dit keer: vragen, op de foto en wangetjes aaien tijdens het boodschappen doen!
Laten we eerlijk zijn. Boodschappen doen met kinderen is altijd een beetje een gedoe. In Nederland ook, lijkt me. Op Curaçao doen we alles met de auto. Vanwege het klimaat, maar ook omdat het hele eiland erop is ingericht. Dit is sowieso gedoe: gezeul met maxi-cosi’s, kinderen overhevelen in de wagen… Als ik alleen met mijn kwartet ga, mag de oudste het wagentje duwen en de een-na-oudste de spullen erin doen, ik duw dan de kinderwagen met de tweeling.
Al kiezen manlief en ik het liefst een alternatieve optie, waarbij ik een lijstje in Google Keep (tip!) zet en hij de boodschappen uit zijn werk haalt. Maar soms is het niet anders.
Heel veel aanspraak
Afgelopen zaterdag was een dag waarop we niet in uitgeklede formatie boodschappen konden doen. Na de zwemles op het strand, trokken we met zijn zessen van winkel naar winkel. Hier heb je geen stad met een winkelcentrum, zoals in Nederland, maar losse winkels en winkelcentra. De boodschappen zijn niet bij elke supermarkt even goed qua kwaliteit en prijs, dus dat betekent vaak de auto in en uit.
Oké, het is een eiland, dus je komt altijd bekenden tegen waarmee je even wil kletsen. En met een tweeling krijg je ook heel veel aanspraak van mensen die je niet kent. Sowieso veel mensen die elkaar aanstoten of tegen ons zeggen dat ze zo schattig zijn ‘Ai, chuchu!!!’. Ik lach dan vriendelijk en loop door. Zoonlief van 7 begint zich op een gegeven moment wel te ergeren. Hij pareerde een dame in een winkel met ‘chuchu bo mes!’ (chuchu je zelf!).
Zijn het jongetjes?
Dan heb je nog de vragen: zijn het jongetjes, jongetje/meisje?! Ik moet bekennen dat ik bij mijn dochters niet, zoals hier gebruikelijk is, oortjes heb gepiercet onmiddellijk nadat ze mijn baarmoeder hadden verlaten. Laten we eerlijk zijn, ik heb er toch 37 weken aan gebouwd. Ze waren mooi, af en gaaf; de behoefte om er meteen gaatjes in te schieten, had en heb ik niet, maar ieder zo zijn ding.
Hoe dan ook, verwarring alom, want geen oorbellen. Hijs ik ze dan elke dag in het roze om het de mensen makkelijker te maken? Nee, zelfs dat niet. Ik kan me dus voorstellen dat je het niet ziet als ik ze in een genderneutrale buggy rondrijd. Je zou zeggen dat de jurkjes – weliswaar niet roze, maar toch – iets weggeven, maar goed. Daarnaast vraag ik me altijd af wat het belang is voor wie dan ook, maar zeker voor volslagen vreemden, van welk geslacht ze zijn?! Afhankelijk van mijn bui reageer ik hierop met de waarheid, een sarcastische opmerking of ik doe alsof ik het niet hoor.
Heel raar
Afgelopen zaterdag troffen wij ook – overigens niet voor het eerst – iemand die een foto van de meisjes wilde maken. Dat vind ik dan echt heel raar. Wat moet je ermee? ‘Ik ben op Curaçao op vakantie geweest en kijk wat ik in de supermarkt zag…’. Mensen uit Latijns-Amerika stellen deze vraag vaker, dit keer was het een oudere Nederlandse dame en zoals altijd is het antwoord ‘nee’. Ik kreeg te horen dat ik op zich gelijk had. Natuurlijk heb ik dat, het zijn mijn kinderen!
De topper van de boodschappendag was een dame die met haar hand al in de wagen zat en een van de meisjes over haar wang wilde aaien. Ook dit is al vaker gebeurd. Die hand kon ik net op tijd onderscheppen. Deze dame had niet eens een woord met ons gewisseld, ze dook gewoon meteen in de wagen. Na het ruw wegtrekken van de hand door mij (gelukkig net op tijd) en mijn commentaar ‘No mishi’, ofwel niet aankomen, liep ze boos weg.
Zijn mensen gek?
Trillend van adrenaline (zijn mensen gek???) vroeg ik me af hoe mensen het andersom zouden vinden. Met het voornemen in mijn hoofd dat ik de volgende keer zo’n aaier zelf in de wang ga knijpen, stonden we de auto alweer in te laden.
Volgende keer het muggennet over de wagen heen. Niet eens tegen de muggen, maar tegen de mensen.
Foto: Saskia