Home Persoonlijk Brief van een tweelingmoeder: ‘Het waren vier tropenjaren’

Brief van een tweelingmoeder: ‘Het waren vier tropenjaren’

vier tropenjaren

Ter ere van hun vierde verjaardag schreef Wendy Maria een brief aan haar tweeling. Want na vier tropenjaren is het tijd voor een volgende stap: naar school! ,,Feit is dat ik daar evenveel naar uitkijk als jullie.”

Lieve twins,

Zoals elke kersverse moeder werd ook ik er vier jaar geleden door iedereen nadrukkelijk voor gewaarschuwd: ‘De tijd gaat snel, hoor!’ Jawel, ik moest er maar ‘vooral heel erg van genieten’. Van jullie baby-zijn, dreumes-zijn en peuter-zijn. Want voor je het wist, zaten jullie op school, waren jullie onuitstaanbare pubers, die bij een even puistige puber achterop de brommer kropen en gingen jullie het huis uit om te studeren en te backpacken naar Australië.

En dan, ja dán zou ik het allemaal gaan missen. En zou ik spontaan terugverlangen naar poepluiers, onverstaanbaar gebrabbel en gebroken nachten.  

Mooiste compliment

Nou, genoten heb ik. Van ons samenzijn, maar vooral ook van júllie samenzijn. Nooit had ik me kunnen voorbereiden op zoiets speciaals als een tweeling. Het bijzondere van twee mensjes, die ooit – als je het sec bekijkt – één waren. Een eeneiige tweeling van wie ik de onderlinge band nooit écht zal kunnen begrijpen. Ik kan en mag me er alleen maar van heel dichtbij over verwonderen. Elke dag weer.

Genoten heb ik van jullie gebrabbel, jullie eerste stapjes en van het feit dat jullie niet alleen op elkaar lijken, maar ook steeds meer op mij en jullie vader. Mijzelf herken ik in jullie ogen, in Mara’s gevoelige karakter, in Lea’s driftbuien en het lieve kuiltje in haar wang. Zelf ben ik als baby geadopteerd, wat jullie maakt tot mijn eerste tastbare biologische familie. ‘Wat lijken ze op jou’ is dan ook het allermooiste compliment dat ik niet vaak genoeg kan horen.

Continu vergeleken worden

Oh, ik houd zo van die heerlijk zachte spekarmpjes die zich stevig rond mijn nek klemmen wanneer jullie mij even helemaal voor jezelf alleen willen hebben. Wanneer het gevecht om op mijn schoot te mogen zitten – want nee, ieder op één knie is in jullie ogen gewoon geen optie – door één van jullie is gewonnen. De competitie die jullie onderling hebben, blijkt (gelukkig) typerend voor tweelingen, als ik andere tweelingouders mag geloven. Altijd moeten delen, altijd moeten inleveren, altijd geduldig moeten zijn en altijd en eeuwig door iedereen als één worden gezien. Continu worden vergeleken (‘Wie is de stoute en wie is de brave van de twee?’ of juist ‘Hoezo verschillen ze van karakter? Het is toch een tweeling’) Dat moet minstens zo vermoeiend voor jullie zijn als dat het voor mij als moeder is.

Maar het is ook bijzonder leuk toch? Altijd je BFF bij je in de buurt hebben. Iemand die aan een half woord genoeg heeft. Of slechts een blik. Een onderbuikgevoel. Niemand voelt jullie zo goed aan als jullie elkaar. Samen opgroeien, elkaar stimuleren om de wereld te verkennen en elkaar overeind helpen wanneer het even niet gaat zoals je zou willen. Nooit eenzaam zijn. Nooit bang zijn om een nieuw avontuur aan te gaan. Altijd samen. Eigenlijk zou iedereen een tweelingzus of -broer moeten hebben.

Ontaarde moeder

En dan komt het moment waar jullie zelf zo vreselijk naar uitkijken. En of dat nu vanwege het feestje is dat papa en ik hebben beloofd – met grote eenhoornballonnen – of vanwege het feit dat jullie naar ‘de grote school’ mogen. Feit is dat jullie er zin in hebben om ein-de-lijk die magische leeftijd van vier jaar te bereiken. Feit is ook dat ik daar evenveel naar uitkijk als jullie. Ik kan niet wachten.

Ik zou me bijna een ontaarde moeder voelen. Bijna. Want ik weet ook dat het klopt. Dat het niet meer dan normaal is dat jullie (op)groeien. Dat jullie nu ook weleens meer willen dan alleen maar met blokjes spelen en My Little Pony. Dat jullie mee willen tellen. Zowel figuurlijk als letterlijk (dankzij YouTube hoor ik jullie dat de laatste tijd ook in het Engels doen… ‘wan, toe, srie, foor…’). Het is tijd. Jullie gaan jullie horizon verbreden. Wie ben ik om jullie dat te misgunnen? Pas dan zou ik een ontaarde moeder zijn.

Niet snel

Nee hoor, de tijd is helemaal niet te snel gegaan, als je het mij vraagt. Het waren vier tropenjaren. Soms kon het mij zelfs niet snel genoeg gaan. Want dat jullie nu zelf lopen is toch echt fijner voor mijn rug dan dat ik jullie tegelijkertijd moet tillen. Dat jullie zindelijk zijn, scheelt toch weer een hoop luiers. En gebrabbel is schattig, maar persoonlijk vind ik het fijner dat jullie zelf kunnen vertellen waarom jullie huilen. Of waarom jullie boos zijn. Of juist blij.

Het waren vier jaren waarin ik regelmatig in een Sophie’s Choice-dilemma terecht ben gekomen, wanneer jullie mij allebei tegelijkertijd het hardst nodig hadden en ik maar voor één van jullie kon kiezen. Omdat ik veel vaker dan me lief is een beroep moest doen op anderen voor hulp. Papa en mama die elkaar ‘s nachts schematisch afwisselen als de baby huilt? Geen sprake van bij ons. Twee baby’s, dus hop, ieder nam één van jullie onder zijn hoede. En nog steeds zijn de taken hier fifty-fifty verdeeld. (Niet dat ik jullie vader ooit heb horen klagen, tweelingpapa’s zijn helden.) Twee baby’s, twee dreumesen, twee peuters… niet te verwarren met 1 + 1. Het is 1 + een heleboel. Een heleboel meer.

Alles is makkelijker

Niet te vergeten: een heleboel meer liefde. En alles, werkelijk alles is makkelijker geworden in vier jaar. Daarom, lieve dochters, zal ik op jullie unicorn-party net zo hard staan juichen als jullie. Hoera, jullie worden groot! Heerlijk.

Liefs, mama

Wendy Maria Dekker is tweelingmoeder, journaliste, filmmaker, illustrator en zangeres. 
Bekijk
meer van Wendy en volg haar op Facebook en Instagram.

Lees ook: Vier jaar tweelingmoeder: vier tips!

Origineel verscheen in april 2018. Laatste bewerking in februari 2023.

Foto’s: Wendy Maria